Het Generic Attribute Profile (GATT) definieert een serviceframework dat gebruik maakt van het Attribute Protocol. Dit raamwerk definieert procedures en formaten van diensten en hun kenmerken. De gedefinieerde procedures omvatten het ontdekken, lezen, schrijven, melden en aangeven van kenmerken, evenals het configureren van de uitzending van kenmerken. In GATT zijn de Server en Client twee verschillende soorten GATT-rollen; het is handig om ze te scheiden.
Wat is GATT-server?
Een service is een verzameling gegevens en bijbehorend gedrag om een bepaalde functie of kenmerk te verwezenlijken. In GATT wordt een dienst gedefinieerd door zijn dienstdefinitie. Een dienstdefinitie kan diensten waarnaar wordt verwezen, verplichte kenmerken en optionele kenmerken bevatten. Een GATT-server is een apparaat dat attribuutgegevens lokaal opslaat en gegevenstoegangsmethoden biedt voor een externe GATT-client die via BLE is gekoppeld.
Wat is GATT-client?
Een GATT-client is een apparaat dat toegang heeft tot gegevens op een externe GATT-server, gekoppeld via BLE, met behulp van lees-, schrijf-, meldings- of indicatiebewerkingen. Zodra twee apparaten zijn gekoppeld, kan elk apparaat zowel als GATT-server als als GATT-client fungeren.
Momenteel kunnen Feasycom Bluetooth Low Energy-modules GATT Server en Client ondersteunen. Met het oog op de verschillende eisen van klanten ontwierp Feasycom een verscheidenheid aan BLE-modules, bijvoorbeeld de kleine Nordic nRF52832-module FSC-BT630, TI CC2640-module FSC-BT616. Voor meer informatie kunt u de link bezoeken:
